Greppelinfiltratie
Greppelinfiltratie wordt gezien als een goedkope, laagdrempelige manier om bodemdaling en broeikasgasemissies te reduceren. Het is een methode waarbij greppels – die zijn aangebracht voor de afvoer van overtollig regenwater – worden ingezet als infiltratiesysteem in de zomerperiode (mei tot eind oktober). De methode werd door boeren in de jaren 50 tot 70 al toegepast om verdroging tegen te gaan, maar is in de laatste decennia in de vergetelheid geraakt.
In het kader van de klimaatdoelen is de afgelopen jaren op diverse locaties met greppelinfiltratie geëxperimenteerd. In het Innovatieprogramma Veen (IPV) zijn proeven en grondwatermetingen uitgevoerd waardoor bekend is hoe de grondwaterstand wordt beïnvloed bij verschillende greppelafstanden. Ook is onderzocht welke negatieve landbouwkundige effecten kunnen optreden bij greppelinfiltratie. Zo is bekend dat het risico op leverbot toeneemt en de bodem rondom greppels zacht wordt, waardoor er risico ontstaat op vertrapping.
Waar drukdrainage als maatregel wordt gezien voor intensieve landbouw, is greppelinfiltratie mogelijk juist een oplossing voor meer extensieve gebieden. Het gaat dan om lastig te bereiken gebieden als vaarpolders, maar ook NNN-gebieden in agrarisch beheer, knikpuntgebieden en dergelijke. Wat het effect is van greppelinfiltratie in meer complete landbouwsystemen, bijvoorbeeld een hoogwaterboerderij waarin meerdere vernattingsmaatregelen worden ingezet, is nog niet bekend. Ook is er nog weinig zicht op de effecten van de maatregel op broeikasgasemissies en over het mechanistisch begrip bij greppelinfiltratie. Om in kaart te brengen of een verdere uitrol van greppelinfiltratie als maatregel tegen bodemdaling en broeikasgasemissies tegen te gaan haalbaar en effectief is, is meer onderzoek nodig. Daarmee moet antwoord worden gegeven op onderstaande vragen:
- Is greppelinfiltratie een effectieve en snel te realiseren maatregel voor extensief beheer op veenweidebedrijven?
- Welke greppelafstanden, greppeldiepten en greppeltypen passen het beste bij welke specifieke lokale omstandigheden?
- Hoe functioneert greppelinfiltratie in een agrarisch bedrijfssysteem en wat voor innovaties in de bedrijfsvoering zijn nodig?
- Hoe wordt degradatie grasbestand voorkomen en hoe wordt kruidenrijkheid gestimuleerd?
- Welk effect heeft greppelinfiltratie op broeikasgasemissies? Om daar inzicht in te krijgen zal het Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV) bij een aantal pilots met greppelinfitratie de broeikasgasemissies gaan meten.
Thematrekker:
Marian Bankras, Natuurlijke Zaken; marian@vip-nl.nl
Lees meer
Het onderzoek naar greppelinfiltratie vindt plaats in drie stappen.
Stap 1: Waar hebben we het over (voorjaar 2023)?
Voordat gestart kan worden met locatiekeuzen, meetsites en dergelijke is het eerst van belang om een antwoord te geven op de vraag te geven wat greppelinfiltratie eigenlijk is en welke verschillende typen greppelinfiltratie er zijn in de verschillende regio’s. Daarbij gaat het met name om het duiden van regionale verschillen:
- Welk type greppels wordt toegepast, welk soort greppelbuis wordt gebruikt, alleen in het midden of ook in het midden van het perceel, hoe breed is de kopakker;
- Hoe is de wateraanvoer geregeld;
- Wat zijn gebruikelijke greppelafstanden;
- Hebben verschillende typen veen ook verschillende typen greppelinfiltratie;
- Welke slootpeilen moeten waar gehanteerd worden?
- Is de watervraag verschillend per type greppel?
- Hoe snel kan greppelinfiltratie worden ingevoerd (is uitmijnen nodig en hoelang duurt dat)?
- Wat is het effect van greppelinfiltratie op de kwaliteit van het oppervlaktewater?
Stap 2: Locaties kiezen en innovatievragen formuleren (zomer 2023)
Voor het onderzoek naar greppelinfiltratie zijn twee typen locaties wenselijk: een regulier agrarisch bedrijf waar greppelinfiltratie integraal onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvoering en een extensief beheerde locatie die als NNN-locatie, vaarpolder etc. wordt beheerd met agrarisch natuurbeheer. Op een aantal representatieve locaties wordt door het NOBV langdurig gemeten.
Greppelinfiltratie is een maatregel die niet op zichzelf staat in een agrarisch bedrijf. De maatregel heeft effect op de landbouwpraktijk van de ondernemer. Daarom is het belangrijk om meer zicht te krijgen op innovatievragen zoals:
- Hoe functioneert greppelinfiltratie in een agrarisch bedrijfssysteem en wat voor innovaties in de bedrijfsvoering zijn nodig?
- Welk effect heeft greppelinfiltratie op broeikasgasemissies?
- Is greppelinfiltratie een effectieve en snel te realiseren maatregel voor extensief beheer op veenweidebedrijven?
In verschillende gebieden zal blijken dat er maatwerk nodig is. Elk veensoort heeft zijn eigen benadering op vernatting nodig. En hierbij spelen externe factoren zoals het weer, de omgeving en de wateraanvoer een grote rol. De aanleg van infiltratiegreppels heeft in elk gebied dus een eigen aanpak nodig. Door met zes locaties te beginnen is er een aardige dekking van regionale verschillen en kan een ‘regionaal advies voor de aanleg, beheer en bedrijfsvoering bij greppelinfiltratie’ worden opgesteld.
Stap 3: Drie jaar experimenteren en meten aan broeikasgasemissies (2023- 2026)
De locaties die op basis van stap 1 en 2 zijn gekozen worden ingericht en in gebruik genomen. In Noord-Holland en Friesland heeft greppelinfiltratie al de interesse van agrariërs, zo heeft agrarisch collectief Water, Land en Dijken een loket Veenweideboeren in oprichting waar boeren gesteund door impulsgelden greppelinfiltratie aan kunnen leggen en hebben boeren in de Ronde Hoep zelf een gebiedsproces opgestart waarin greppelinfiltratie als één van de kansrijke maatregelen wordt gezien. Het aanhaken van deze agrariërs bij het thema kan een geweldige versnellende werking op implementatie hebben.