Revisit WIS brengt de uitdagingen van waterinfiltratiesystemen in kaart en werkt aan verbeteringen

Waterinfiltratiesystemen (WIS) spelen een steeds grotere rol bij het beperken van bodemdaling en CO2 -uitstoot uit veenweidebodems. Ze verhogen de grondwaterstand in droge perioden waardoor de veenoxidatie wordt beperkt. Ondanks ook veel goede ervaringen en positieve effecten, blijkt dat de aanleg en werking van WIS in de praktijk niet altijd optimaal verloopt. Het project Revisit WIS onderzocht samen met gebruikers, waterschappen en onderzoekers wat er beter kan. Interviews en veldobservaties brachten de volgende uitdagingen in beeld.

1: Bodem en water te weinig meegenomen

Een eerste uitdaging zit in het ontwerp en de aanleg: de indruk bestaat dat bodem en water in het verleden te weinig leidend waren bij de WIS-locatiekeuze, met een verminderde werking tot gevolg. Het gaat dan om factoren als kweldruk, kleilagen en minder geschikt veen, zoals schalterveen. Geleerd kan worden van meer recente WIS-plannen waar vooraf expliciet naar deze factoren is gekeken. Deze goede ervaringen worden opgenomen in een (geactualiseerde) gebruiksgids Revisit WIS.

Schalterveen.

2: Financiering lastig, vergunningen onduidelijk

Daarnaast zijn er vele uitdagingen bij projectaanvragen en financiering. Subsidieprocedures zijn vaak traag en ingewikkeld, terwijl uitvoeringsorganisaties zoals agrarische collectieven meestal niet de financiële buffers hebben om voor te financieren. Ook verschillen de eisen en vergunningen per provincie en waterschap, wat voor vertraging en onduidelijkheid kan zorgen. Kortom een uniform, langdurig en helder kader ontbreekt op dit moment voor initiatiefnemers. Met nieuwe provinciale subsidieregelingen en regionale programma’s wordt gewerkt aan de nodige verbeteringen.

3: Aansturing van de aanleg

Een effectieve aansturing en begeleiding in het veld bij aanleg van WIS blijkt cruciaal: een lokale kartrekker die vertrouwen wekt kan de realisatie versnellen en een rol spelen in het beter borgen van de kwaliteit. De aannemer heeft voldoende uitvoeringstijd nodig om zorgvuldig te kunnen inspelen op mindere weersomstandigheden (met name droogte).

4: Kwaliteit van de aanleg

Het borgen en controleren van de kwaliteit van de aanleg is een duidelijke uitdaging. Het ontbreekt, vooral bij AWIS (actieve infiltratiesystemen), aan duidelijke hydrologische normen. Zaken als de diameter van de distributieleiding, de pompcapaciteit, accu en zonnepanelencapaciteit worden nu ad hoc bepaald, terwijl dit grote invloed kan hebben op de werking. In het ontwerp kan ook beter rekening worden gehouden met het latere onderhoud.

Tijdens de daadwerkelijke aanleg is het van belang om de rijsnelheid te controleren en ook de vlakligging (met data van de laser). Voor controle van de werking achteraf zijn op dit moment geen goede mogelijkheden. ReVisit WIS gaat hiernaar op zoek.

5: Zoektocht naar milieuvriendelijke omhulling

Drains hebben vaak kunststof omhullingen. Die zijn achteraf niet gemakkelijk te verwijderen en laten microplastics achter in de bodem. Er wordt geadviseerd met natuurlijke alternatieven (zoals kokos of sisal) te werken. Er wordt geëxperimenteerd met afbreekbare drains van biologische oorsprong, maar die bevinden zich nog in de testfase.

Buis met een natuurlijke omhulling.

6: Zoektocht naar juiste filter

In het verleden is veel gebruik gemaakt van een fijn filter (O450-filter), maar deze geeft in infiltratiesituaties mogelijk een hoger risico op vervuiling. Experts zijn het erover eens dat het beter is te werken met een grover filter met een O-waarde van 1000, en onderzocht moet worden of het zelfs zonder filter kan.

7: Afspraken over onderhoud en beheer

In de praktijk is er na aanleg vaak nauwelijks controle op een goed beheer. We hebben in het veld geconstateerd dat systemen verstopt raken omdat de eindbuizen in de modder liggen of in de sloot dichtgroeien. Ook hebben we situaties geconstateerd met AWIS waarbij de pompen duidelijk al langere tijd niet in gebruik waren (minimaal één seizoen). Dit leidt tot een verminderde instroom, vervuiling en onnodige uitval. Er zijn op dit moment geen onderhoudsprotocollen of structurele financiering voor het onderhoud. Veehouders hebben over het algemeen geen landbouwkundige voordelen van WIS-systemen waardoor alle extra kosten aan het systeemonderhoud voor hen ook werkelijke meerkosten zijn.

Onderzoek naar dichtgegroeide drain-uiteinden.

8: Reductie in praktijk nog niet geborgd

Naast het ontbreken van een controlesystematiek op een goed beheer, vraagt een goede aanleg van systemen aandacht. In het registratiesysteem SOMERS is de reductie nauwkeurig bepaald. In de praktijk wijken reducties af, omdat WIS-systemen niet altijd optimaal functioneren. Hiermee gaat Revisit WIS aan de slag.

Onderzoek gaat verder

Revisit WIS ziet kansen in uniforme regels, praktische protocollen en het meenemen van onderhoud vanaf het begin van projecten. Ook slimme innovaties of praktische aanpassingen kunnen helpen om de effectiviteit te vergroten. Daarnaast zoeken we uit in welke mate genoemde problemen daadwerkelijk spelen in een aantal polders.

Het uiteindelijke doel van Revisit WIS is helder: WIS-systemen die betrouwbaar werken, makkelijker zijn te beheren en daadwerkelijk bijdragen aan het beperken van bodemdaling en de CO2-uitstoot.

Meer lezen?

Lees de Samenvatting uitdagingen Revisit WIS (pdf).

Kijk in de themasheet.

Tekst: Rienk Schaafsma en Wim Honkoop

Start nieuwe onderzoeken: vooruit met waterinfiltratie

Met waterinfiltratiesystemen kun je grondwaterstanden verhogen. Ze worden al veel toegepast in agrarisch grasland in het veenweidegebied, en met succes. Toch zijn er nog praktische vragen. Hoe kunnen we de levenscyclus van deze systemen verbeteren en op welke onderdelen precies? En zijn er nog andere interessante technieken om grondwaterstanden in veenweidegebieden te verhogen? We zijn daarom aan de slag gegaan met twee nieuwe VIPNL-thema’s: Revisit WIS en DIS.

Wat zijn waterinfiltratiesystemen?

Bij een waterinfiltratiesysteem (WIS) worden buizen op ongeveer 60-80 centimeter diepte in de grond gelegd, dat is circa 15-30 centimeter onder het slootpeil. Via deze buizen kan extra water in het perceel komen. Het voornaamste doel is om de grondwaterstand in de drogere zomerperiode te verhogen.

Sommige systemen werken passief: de buizen zijn aangesloten op de sloot en doordat ze onder het slootwaterpeil liggen stroomt water door het drukverschil het perceel in. Andere systemen werken actief: ze liggen ook onder het slootwaterpeil maar kunnen met een pomp actiever en meer water inlaten. Deze vragen wel weer meer onderhoud.

Wat is het nut van waterinfiltratiesystemen?

Door grond in veenweidegebieden in de droge tijden te vernatten, komt veen minder in contact met zuurstof. De veenoxidatie neemt af en daarmee de bodemdaling en de uitstoot van CO2. Het NOBV doet onderzoek naar de emissies bij verschillende maatregelen.

Waarom gaat VIPNL met waterinfiltratiesystemen aan de slag, ze werken toch al?

De gebruikte materialen kennen hun oorsprong als drainagetechniek: vooral om water af te voeren. De onder water gelegen waterinfiltratiesystemen worden in de Nederlandse veenweidegebieden inmiddels ook al jaren gebruikt om grondwaterstanden te verhogen. Uit een inventarisatieronde langs eerdere uitgevoerde WIS-projecten weten we dat diverse verbeteringen nodig en mogelijk zijn.

Onder het thema Revisit WIS nemen we het systeem daarom onder de loep. Welk materiaal kun je het beste gebruiken, kunnen we verstopping van de buizen voorkomen? Welke protocollen, subsidies en andere acties zijn nodig om het beheer en onderhoud te verbeteren? Dat praktijkgerichte onderzoek doen we samen met de agrarische gebruikers en andere betrokkenen, zoals drainagedeskundigen, waterschappen en aannemers. We willen na twee jaar een praktische gebruikersgids opleveren.

Meer informatie: Rienk Schaafsma of Wim Honkoop.

Waarom gaat VIPNL nog een tweede systeem onderzoeken?

In een tweede thema onderzoeken we druppelinfiltratie (DIS). Dit infiltratiesysteem wordt al langer toegepast in zandgebieden maar hiermee is nog nauwelijks ervaring in het veenweidegebied. Het ligt ondieper in de grond dan WIS. Dat kan mogelijk voordelen bieden: voor grasgroei in droge perioden en door een eenvoudige aanleg. We willen graag weten of DIS ook werkt om bodemdaling en broeikasgasuitstoot tegen te gaan.

We laten in overleg met het Nationaal Onderzoeksprogramma Broeikasgassen Veenweiden (NOBV) nu eerst een haalbaarheidsverkenning DIS (modelstudie) uitvoeren: wat kunnen we verwachten voor de grondwaterstanden, bodemvocht en de broeikasgasuitstoot? En onder welke dimensies qua diepte en afstand van de slangen? Bij hoopgevende resultaten van deze verkenning gaan we in dit onderzoek verdere praktijkproeven opzetten.

Meer informatie: Rienk Schaafsma of Youri Egas.